Voor alle schade die voortvloeit uit een arbeidsongeval of beroepsziekte is de werkgever aansprakelijk. De schade dient dan te worden vergoed door de aansprakelijkheidsverzekeraar van de werkgever of door de werkgever zelf. Indien sprake is van een verkeersongeval tijdens het werk (als chauffeur of vertegenwoordiger) kan de schade vaak ook worden verhaald op de zogenaamde schadeverzekering inzittenden.
Bij schade kan het gaan om verlies verdienvermogen omdat u (tijdelijk) niet meer kunt werken of (deels) arbeidsongeschikt bent verklaard en van een uitkering moet rondkomen in plaats van uw salaris van voor het ongeval. Bij de bepaling van de schade in de toekomst dient te worden uitgegaan van uw redelijke toekomstverwachtingen. U dient dan uw carriereverloop aannemelijk te maken.
Ook dienen de kosten van huishoudelijke hulp, thuiszorg of een tuinman te worden vergoed, indien u beperkingen heeft waardoor u niet meer in en om het huis kunt werken. Zelfs indien u geholpen wordt door familieleden of vrienden heeft u toch recht op vergoeding van uw schade op dit punt. De schadepost huishoudelijke hulp is naast de inkomensschade vaak een van de grootste schadeposten. Daarnaast komen de nodige andere kosten voor vergoeding in aanmerking, zoals reiskosten naar artsen en ziekenhuizen, eigen risico ziektekosten, pensioenschade et cetera.
Uitgangspunt in het schadevergoedingsrecht is dat een slachtoffer zoveel mogelijk moet worden geplaatst in de situatie van voor het ongeval en dat de schade vastgesteld wordt door een vergelijking te maken tussen de situatie van voor het ongeval met de hypothetische situatie het ongeval weggedacht.
Tenslotte is er nog de immateriƫle schade ofwel het smartengeld. Het smartengeld strekt ter vergoeding van gederfde levensvreugde en is afhankelijk van meerdere factoren zoals de aard en ernst van het letsel, de beperkingen die daaruit voortvloeien, de leeftijd van het slachtoffer en andere relevante omstandigheden.